Geschiedenis

Maarten Luther (1483 – 1546)
De Lutherse Kerk draagt de naam van de Duitse hervormer Maarten Luther. Hij neemt de aloude leerstellingen van de kerk niet automatisch meer als waarheden aan. Hij gaat terug naar de bron, de bijbel en stelt van daaruit misstanden in de theologie en kerk aan de kaak.
Luther wordt de kerk uitgezet en door de keizer vogelvrij verklaard. Vanuit zijn schuilplaats schrijft hij onder andere Bijbelvertalingen in het Duits. Luther wil zo dat iedereen de bijbel kan lezen en interpreteren en een eigen persoonlijk geloof kan vormen in plaats van het door de kerk vastgestelde geloof aannemen.
Met behulp van zijn netwerk en de snelle uitgave en verspreiding van geschriften verspreidt het gedachtegoed van Luther zich snel. Eenmaal uit de kerk gezet komt er daardoor snel een nieuwe kerk, de Evangelisch Lutherse Kerk, van de grond. Het begin van de reformatie.

Kenmerken
Wat zijn de kenmerken van de Lutherse kerk?
Er is vastgehouden aan de rijke Rooms Katholieke Liturgie, met allerlei gezongen elementen. Maar de liturgie wordt wel in de volkstaal gezongen en gesproken. Gemeentezang (er komen nieuwe liederen in de eigen taal) en muziek krijgen een grote plaats.
Het aandachtig lezen van en leren uit de bijbel wordt belangrijk. Iedereen is geroepen om priester te zijn en zo anderen te helpen met het leven en geloven. Predikanten worden voorgangers, voorzangers, leraren.
Geschriften als de Heidelbergse Catechismus, formulieren van Enigheid, vinden er geen ingang. Er is ruimte, vrijheid voor persoonlijke geloofsvisie en -beleving.

Lutheranen in Kampen
Door een hier gelegerd Duits regiment en door hier wonende Duitse kooplieden komt het gedachtengoed van Luther ook in Kampen terecht. Vanaf 1618 komt men in het geheim bij elkaar, zonder eigen predikant.
Een Kamper jongen, Melchior Pelegrinus gaat studeren bij Maarten Luther, toen hoogleraar te Wittenberg. Hij wordt Luthers predikant. Maar in Kampen zelf blijven Lutheranen vervolgd worden. In 1635 wordt een Lutherse predikant nog verbannen uit de Kampen. Maar het tij keert. Zeven jaar later wordt een voorlezer aangesteld, maar deze wordt toch de stad uitgezet. Vanaf 1646 krijgt de Lutherse Kerk toestemming om erediensten te houden. De eerste predikant, Justus Brawe, wordt beroepen. Geleidelijk treedt de Lutherse Gemeente steeds meer in de openbaarheid. In 1648 koopt de gemeente een huis in de Bossteeg (in de volksmond de Lutherse Steeg), dat dienstdoet als kerk. In 1648 wordt deze vernieuwd en vergroot. Zij brandt helaas helemaal af in 1841. Daarna wordt aan de Burgwal een nieuwe kerk gebouwd in een neoklassieke stijl. Het gebouw is van de hand van de stadsarchitect Nicolaas Plomp en is in 1843 klaar.

Hier vind je een overzicht van alle predikanten van de Lutherse Kerk Kampen: overzicht predikanten.

Vrouwen
Al vanaf 1908 (en dat is heel vroeg wanneer je het vergelijkt met andere protestantse kerken) kunnen vrouwen in de Lutherse kerken kerkenraadslid worden. Mw. Ds. Jantine Auguste Haumersen, de eerste Lutherse vrouwelijke predikante van Nederland, begint in 1934 bij ons in Kampen. Onder haar leiding bloeit de gemeenschap. Een plaquette in de kerk (links naast de preekstoel) herinnert aan haar werk tijdens de oorlogsjaren. Zij blijft tot 1947 onze predikante.

Bloeiperiode
Een andere bloeiperiode kent onze kerk onder leiding van ds. Frans Bannink (vanaf 1969). Er wordt een groot huisbezoek ingesteld, het nieuwe liedboek wordt ingevoerd en de liturgie wordt eigentijdser. Het kerkgebouw komt onder toezicht van monumentenzorg en wordt grondig gerestaureerd. Er worden liturgische kleden en nieuwe kroonluchters aangeschaft. Kortom, er waait een frisse wind door de kerk. In de jaren ’70 bloeit bovendien de oecumene, in het bijzonder met de Rooms Katholieke kerk.